Leo Oostendorp versloeg Peter Aartsen in een erg leuke partij. Ogenschijnlijk stonden ze gelijk, maar Leo had een veel aanvallender stelling. Toen Peter zijn dame en koning achter elkaar zette sloeg Leo toe. Met een toren pakte hij de dame en daarna was er geen houden meer aan voor Peter.
Theo Meulmeester en Hans Hertgers hadden de langste partij van de dag. Dat hielp hen beiden niet om de volle winst te pakken. Ze kwamen in een gelijkwaardige stelling terecht met evenveel pionnen. Ondanks dat Hans een dubbelpion had kon Theo hier geen voordeel uithalen. Remise derhalve.
Jack Linders had normaal gesproken moeten verliezen van Michel Westhoff. In het eindspel had Michel net als Jack een toren en een loper, maar hij had tevens nog 2 pionnen. Er werd heel veel heen en weer geschoven, maar hij kwam geen millimeter vooruit met zijn pionnen. En Jack wist de koning van Michel na een verkeerde manoeuvre van laatstgenoemde zelfs in de hoek van het bord te drijven, waarna een schaakmat volgde.
Dorinde Bierma kon het niet bolwerken tegen André Langeslag. Ze werd al vrij snel in de verdediging gedrongen en André wist richting het eindspel zich gesterkt in 2 pionnen tegenover Dorinde nul. Zij overpeinsde de situatie en trok de terechte conclusie dat er geen garen viel te spinnen voor haar.
Bert Baas ontsnapte tegen Bert Ekkelboom aan een nederlaag. Het ging volkomen gelijk op, maar in het eindspel had Bert een dusdanige stelling op het bord dat hieruit een schaakmat had kunnen komen. Hij zag dit pas na afloop. Daarvoor hadden beiden de vredespijp gerookt en deelden het punt.
Ook Rutger Zwart en Kees Henstra kwamen niet verder dan verdeling van het punt. Ook hier in een gelijkwaardige stelling, waardoor op initiatief van Rutger tot remise besloten werd.
Simon Zwart kwam slecht uit de openingsfase tegen Marco Verdonk. Vooral zijn rechtervleugel kwam in grote moeilijkheden en hij verloor een kwaliteit in de vorm van een toren. Daarna was Marco zo sterk met zijn 2 paarden, dat nog enige pionnen van het bord verdwenen. Simon schudde het moede hoofd en gaf terecht op.
Johan Krebs vond zijn meester in de vorm van Jan Spijkerbosch. Tot het middenspel ging het goed voor Johan, maar daarna liet hij steken vallen. Jan raapte ze in de vorm van stukken op en toen ook nog eens zijn dame ten prooi viel aan Jan gaf Johan op.
Ingrid Klinkhamer versloeg in een lange partij Dick Langedijk. In de opening verloor Dick al vrij snel een loper en die slag kwam hij niet meer te boven. Hij spartelde nog heel lang tegen, maar zag in na nog enige pionnen verloren te hebben dat verder doorspelen geen enkele zin meer had.
Ap Ketting kroop door het oog van de naald tegen Henk Noort. Ap dacht een kwaliteit te winnen, vergaloppeerde zich en verloor in plaats daarvan een stuk. Toen hij in het begin van het eindspel ook nog een toren verloor tegenover slechts een paard van Henk pakten donkere wolken zich samen. Henk wist het echter niet af te maken en bovendien had Ap nog de dreiging van een aantal pionnen meer. Met de korte tijdsduur van de klok in zijn achterhoofd ging Henk in op het voorstel van Ap om het punt te delen.
Michel Breij en Frank Klinkenberg maakten er een leuke pot van. In het middenspel had Frank het betere van het spel en veroverde een toren met het verlies van een loper. In het eindspel kwam er een mooie trekschaak, waardoor Michel zijn laatste loper verloor. Daarna was gelijk gedaan met de pret.
Maarten ter Bals had het moeilijk tegen Jan Kranenbarg. Hij verloor een kwaliteit en moest alle zeilen bijzetten. In het eindspel had Maarten nog 5 pionnen tegenover Jan 4 pionnen en een loper. Doordat de 5e pion van Maarten ijzersterk aan de linkerkant van het bord stond, kon Jan zijn koning en loper niet gebruiken voor andere doeleinden. Zou hij dat wel doen en Maarten zou zijn pion offeren, zou Maarten daarna met zijn koning de pionnen van Jan kunnen oprapen met alle gevolgen van dien. Beiden zagen in dat remise de enige oplossing was.
Aad de Bruijn verweerde zich kranig tegen Han Kip, maar kon niet voorkomen dat Han 2 pionnen voorkwam. Zoals zo vaak brachten die de overwinning voor Han, omdat ze niet beiden tegelijk te verdedigen zijn. Het volle punt dus voor Han.
Theo Meulmeester en Hans Hertgers hadden de langste partij van de dag. Dat hielp hen beiden niet om de volle winst te pakken. Ze kwamen in een gelijkwaardige stelling terecht met evenveel pionnen. Ondanks dat Hans een dubbelpion had kon Theo hier geen voordeel uithalen. Remise derhalve.
Jack Linders had normaal gesproken moeten verliezen van Michel Westhoff. In het eindspel had Michel net als Jack een toren en een loper, maar hij had tevens nog 2 pionnen. Er werd heel veel heen en weer geschoven, maar hij kwam geen millimeter vooruit met zijn pionnen. En Jack wist de koning van Michel na een verkeerde manoeuvre van laatstgenoemde zelfs in de hoek van het bord te drijven, waarna een schaakmat volgde.
Dorinde Bierma kon het niet bolwerken tegen André Langeslag. Ze werd al vrij snel in de verdediging gedrongen en André wist richting het eindspel zich gesterkt in 2 pionnen tegenover Dorinde nul. Zij overpeinsde de situatie en trok de terechte conclusie dat er geen garen viel te spinnen voor haar.
Bert Baas ontsnapte tegen Bert Ekkelboom aan een nederlaag. Het ging volkomen gelijk op, maar in het eindspel had Bert een dusdanige stelling op het bord dat hieruit een schaakmat had kunnen komen. Hij zag dit pas na afloop. Daarvoor hadden beiden de vredespijp gerookt en deelden het punt.
Ook Rutger Zwart en Kees Henstra kwamen niet verder dan verdeling van het punt. Ook hier in een gelijkwaardige stelling, waardoor op initiatief van Rutger tot remise besloten werd.
Simon Zwart kwam slecht uit de openingsfase tegen Marco Verdonk. Vooral zijn rechtervleugel kwam in grote moeilijkheden en hij verloor een kwaliteit in de vorm van een toren. Daarna was Marco zo sterk met zijn 2 paarden, dat nog enige pionnen van het bord verdwenen. Simon schudde het moede hoofd en gaf terecht op.
Johan Krebs vond zijn meester in de vorm van Jan Spijkerbosch. Tot het middenspel ging het goed voor Johan, maar daarna liet hij steken vallen. Jan raapte ze in de vorm van stukken op en toen ook nog eens zijn dame ten prooi viel aan Jan gaf Johan op.
Ingrid Klinkhamer versloeg in een lange partij Dick Langedijk. In de opening verloor Dick al vrij snel een loper en die slag kwam hij niet meer te boven. Hij spartelde nog heel lang tegen, maar zag in na nog enige pionnen verloren te hebben dat verder doorspelen geen enkele zin meer had.
Ap Ketting kroop door het oog van de naald tegen Henk Noort. Ap dacht een kwaliteit te winnen, vergaloppeerde zich en verloor in plaats daarvan een stuk. Toen hij in het begin van het eindspel ook nog een toren verloor tegenover slechts een paard van Henk pakten donkere wolken zich samen. Henk wist het echter niet af te maken en bovendien had Ap nog de dreiging van een aantal pionnen meer. Met de korte tijdsduur van de klok in zijn achterhoofd ging Henk in op het voorstel van Ap om het punt te delen.
Michel Breij en Frank Klinkenberg maakten er een leuke pot van. In het middenspel had Frank het betere van het spel en veroverde een toren met het verlies van een loper. In het eindspel kwam er een mooie trekschaak, waardoor Michel zijn laatste loper verloor. Daarna was gelijk gedaan met de pret.
Maarten ter Bals had het moeilijk tegen Jan Kranenbarg. Hij verloor een kwaliteit en moest alle zeilen bijzetten. In het eindspel had Maarten nog 5 pionnen tegenover Jan 4 pionnen en een loper. Doordat de 5e pion van Maarten ijzersterk aan de linkerkant van het bord stond, kon Jan zijn koning en loper niet gebruiken voor andere doeleinden. Zou hij dat wel doen en Maarten zou zijn pion offeren, zou Maarten daarna met zijn koning de pionnen van Jan kunnen oprapen met alle gevolgen van dien. Beiden zagen in dat remise de enige oplossing was.
Aad de Bruijn verweerde zich kranig tegen Han Kip, maar kon niet voorkomen dat Han 2 pionnen voorkwam. Zoals zo vaak brachten die de overwinning voor Han, omdat ze niet beiden tegelijk te verdedigen zijn. Het volle punt dus voor Han.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten